Help mee!

Staar

Een onlangs opgevangen gesprek tussen twee ouderen in een supermarkt: “Hoe gaat het? Goed?” “Ja, ja, heel goed. Ik mankeer nog weinig behalve dat ik niet zo goed hoor.” “Maar, ben jij dan nog niet aan staar geopereerd?” “O ja, dat wel natuurlijk, een paar jaar geleden alweer. Aan allebei mijn ogen.” “Tja, als we maar oud genoeg worden krijgen we allemaal staar.”

Staar of cataract is de meest voorkomende oogaandoening bij ouderen. In de leeftijdsgroep van 55 tot 74 jaar ziet 11 procent slecht door deze aandoening. In de leeftijd van 85 en ouder is dat ongeveer 33 procent. Dat wil niet zeggen dat het niet op jongere leeftijd kan voorkomen maar in dit artikel beperken wij ons tot ouderdomsstaar. Per jaar worden er in Nederland 160.000 staaroperaties uitgevoerd. Alleen al in het Canisius Wilhelmina Ziekenhuis in Nijmegen zijn dat er jaarlijks 3000. Kochoi Wong is één van de oogartsen in het Canisius Wilhelmina Ziekenhuis die staaroperaties uitvoert. Met hem praten we over deze vervelende maar gelukkig goed te behandelen oogaandoening.

De ooglens zit onder het hoornvlies vlak achter de pupil en via de lens vallen licht en beelden binnen op het netvlies, vervolgens kunnen ze door onze hersenen gezien worden. Als we jong zijn, is die lens heel dun: zo’n 3.4 mm en het bijzondere is, dat ze blijft groeien. De lens bestaat uit vele doorzichtige cellen, verdeeld in een kern en daaromheen het schorsgedeelte. Maar in de loop der jaren wordt de lens harder, dikker en minder helder en ontstaan er troebelingen waardoor het lijkt alsof de dingen die we zien waziger, grauwer van kleur en minder contrastrijk worden. Dat noemen we staar of cataract.

Merk je het meteen als je staar hebt?

Het gaat meestal langzaam. Door de troebelingen wordt het beeld waziger en het licht kan verstrooien. Soms zie je ook zogenoemde halo’s rondom lichtbronnen. Kleuren worden geler of grauwer en soms treden dubbelbeelden op.

Kan staar ook verminderen of overgaan?

Nee, staar zal in de loop der jaren altijd erger worden.

Wanneer kun je je het beste laten opereren?

Dat is afhankelijk van de last die je ervaart. Sommige mensen zien maar 50 procent met hun ogen, maar kunnen zich nog goed redden in het dagelijks leven. Maar sommige mensen hebben bij 70 procent gezichtsvermogen al veel last. Ze kunnen bijvoorbeeld als ze in het donker moeten autorijden veel hinder ondervinden van hun staar door verstrooiing van het licht van de koplampen van tegenliggers, ondanks een gezichtsvermogen van 70 procent.

Maar, moet staar niet eerst ‘rijp’ zijn?

Nee, dat was vroeger zo. Dat had te maken met operatietechnieken die inmiddels sterk verbeterd zijn.

Is de operatie pijnlijk?

Dat valt reuze mee. Meestal verdoven we het oog met druppels en dat is over het algemeen voldoende. Mocht de patiënt nog pijn ervaren dan kunnen we altijd wat bijgeven. In sommige gevallen wordt gekozen voor verdoving met een prik onder het oog als bijvoorbeeld de patiënt erg lichtgevoelig is, of het oog niet stil kan houden. Patiënten die heel angstig zijn, kunnen onder narcose geopereerd worden.

Wat doet de opererende oogarts eigenlijk?

De troebele lens wordt uit het oog gehaald en daarna wordt een kunstlens teruggeplaatst op dezelfde positie als de natuurlijke lens. De brilsterkte van de ogen na de operatie kunnen we tegenwoordig van te voren uitrekenen met de zogenaamde biometrie. De meeste mensen kiezen ervoor om na de operatie zonder bril scherp te zien in de verte, maar dan heb je van dichtbij wel een leesbril nodig om te kunnen lezen. Bij het gebruik van multifocale implantatielenzen is het zelfs mogelijk om na een staaroperatie zonder bril door het leven te gaan.

Waarom wordt er meestal maar één oog geopereerd en later het tweede?

Momenteel is dit een kwaliteitseis van onze beroepsvereniging. Het eerst geopereerde oog moet genezen zijn voordat het tweede oog geopereerd mag worden. Tussen de twee operaties in staat een controleafspraak gepland.

Kan iedereen na de operatie weer goed zien?

De meeste mensen die geopereerd zijn aan staar zien al beter na één dag, bij sommigen duurt dit wat langer. Soms valt het resultaat van het zien tegen. Meestal komt dat doordat er een andere oogziekte aanwezig is, zoals slijtage van het hoornvlies, slijtage van het netvlies, glaucoom of suikerziekteafwijkingen van het netvlies. Vergeet niet dat de gemiddelde leeftijd van mensen die een staaroperatie ondergaan rond de zeventig jaar is, zodat het oog ook ouderdomsverschijnselen vertoont.

Zijn er qua staaroperaties nieuwe ontwikkelingen?

De ontwikkelingen op het gebied van behandeling van staar gaan erg snel. Het materiaal van de implantatielenzen wordt steeds beter en veiliger. Naast de gewone monofocale kun je ook kiezen voor een multifocale lens zodat je geen bril meer nodig hebt voor ver zien en nabij zien. Overigens, niet iedereen is hiervoor geschikt: de mate van geschiktheid zal bepaald moeten worden door de oogarts. Voorlopig valt deze lens onder niet-verzekerde zorg, zodat de patiënt hiervoor moet bijbetalen. De verwachting is dat deze en andere speciale lenzen (zoals lenzen met cylindercorrectie) binnenkort opgenomen gaan worden in aanvullende pakketten van zorgverzekeraars. Het laatste nieuws op het gebied van multifocale lenzen hoorde ik onlangs op een congres in Amerika. Daar hebben ze een lens ontwikkeld die op minuscule batterijtjes werkt. Met enkele sensoren in het oog wordt gedetecteerd of een persoon wil accommoderen (scherp stellen voor nabij). Op dat moment gaat er een stroompje lopen zodat de lens in het oog qua sterkte verandert tot een leesbril. Echt spectaculair! Ook zijn er nieuwe ontwikkelingen op het gebied van de operatietechniek. In de zeer nabij toekomst opereren we niet meer met mesjes maar met laser.


Uit: De Stem van Grave, maart 2012

Meer Oogaandoeningen

Deze website is drempelvrij